Het eerst waar naar gekeken wordt, is of het klikt. Dat doet het. Dat doet het wat mij betreft al snel trouwens. Het maakt me niet zo heel veel uit wie er tegenover me zit. Dat klinkt misschien onaardig, maar ze hebben allemaal min of meer dezelfde opleiding gehad, zijn allemaal erg vriendelijk en hebben het beste met me voor.
Het is wel weer even terug naar het begin. Dat is zwaar, maar ook wel een mooie spiegel.
Dingen waarvan ik dacht dat ik ze een plekje gegeven had, blijken toch nog vrij rauw aanwezig.
Ondanks mijn medicatie heb ik bij beide bezoeken aan haar, weer flink hysterisch zitten huilen. Dat was lang geleden. En, zoals ik zei, confronterend. Het laat me zien dat ik nog echt aan het begin sta van het uitzoeken waar mijn negatieve gevoelens vandaan komen. En -belangrijker- hoe ik ze in de hand leer houden.
Mijn medicatie is tweeledig. Ik gebruik een medicijn dat mijn diepe dalen minder diep moet maken en een medicijn dat ervoor zorgt dat ik mijn emoties weer sneller in de hand heb.
Het eerste zorgt er bijvoorbeeld voor dat ik niet meer zo snel emotioneel ben. Ik kan veel meer bespreken, of zien (zielige filmpjes op televisie), zonder daarbij zwaar te zitten snikken.
Het tweede zorgt ervoor dat ik het echte zwarte gevoel, dat zich als een groot zwart gat in mijn borstkas manifesteert, niet meer heb gehad.
Een nadeeltje is wel dat ik door deze medicijnen heel snel moe ben. Het is een bekend bijverschijnsel, maar wel één waar ik rekening mee moet houden. In eerdere blogs omschreef ik al dat ik 's ochtends even ging slapen. Ik kon dan echt vijf uur knock-out zijn, en toch 's avonds om tien uur/half elf alweer helemaal op zijn.
Er is een korte periode geweest dat ik niet meer naar bed hoefde, maar dat een half uurtje mijn ogen dicht doen op de bank (zittend) al voldoende was. Helaas heb ik een drukke periode gehad en ben nu weer vrijwel altijd in een staat van vermoeidheid. Gelukkig weet ik inmiddels dat dit weer over kan gaan als ik weer in wat rustiger vaarwater kom.
Een mijlpaal van me was het avondeten. Ik kreeg elke avond een maaltijd op tafel. Ik zeg 'kreeg', want het is alweer eventjes geleden. Dit hangt denk ik samen met de drukke periode waar ik het net over had. Het was wel een fijne mijlpaal. Ik kreeg het eten op tafel zonder eerst die welbekende Mount Everest te hoeven beklimmen. Zonder het nare liedje in mijn hoofd ("Ik wil niet, ik wil niet, ik wil niet"). Ook zonder het nare zware gevoel dat aan zoveel dingen hangt.
Het ging zelfs een korte periode zó goed met me dat er dagen waren waarop ik twee dingen kon doen zonder de grote zware drempels ervoor.
Die drempels zijn moeilijk te omschrijven. Er is een reclame op tv van een auto die rijdt met een groot rood anker erachteraan. Het anker verzwaard de auto. De auto ben ik en er hangen vier van zulke ankers achter me aan. Die ankers ervaar ik bij vrijwel alles. Al heel, heel lang. Alles kost moeite, alles moet perfect doordacht zijn, alles moet perfect uitgevoerd (kunnen) worden, anders begin ik er al liever niet aan.
En opeens stond ik te koken! Gewoon zomaar! Zonder dat nare, zware gevoel vooraf en tijdens. Het overkwam me gewoon. Zo stond ik in mijn goede periode soms ook 'opeens' in het bos met de hond. Zonder er vooraf als een berg tegenop te zien.
Mijn nieuwe psychologe Marjoleine, zei "Wat fijn! Dan herken je jezelf weer een beetje". Ze schrok toen ik zei dat ik dit helemaal niet herkende van mezelf, dat dit compleet nieuw voor me was.
Helaas moet ik mijn energie weer opbouwen en komt er weer vrijwel niks meer 'vanzelf' uit mijn handen. Ik houd mezelf vast aan de gedachte dat het een tijdje terug wel kon en dat het dus vast wel weer terug komt. Als ik dat maar vaak genoeg tegen mezelf zeg, ga ik het vanzelf geloven, toch?
Een nadeeltje is wel dat ik door deze medicijnen heel snel moe ben. Het is een bekend bijverschijnsel, maar wel één waar ik rekening mee moet houden. In eerdere blogs omschreef ik al dat ik 's ochtends even ging slapen. Ik kon dan echt vijf uur knock-out zijn, en toch 's avonds om tien uur/half elf alweer helemaal op zijn.
Er is een korte periode geweest dat ik niet meer naar bed hoefde, maar dat een half uurtje mijn ogen dicht doen op de bank (zittend) al voldoende was. Helaas heb ik een drukke periode gehad en ben nu weer vrijwel altijd in een staat van vermoeidheid. Gelukkig weet ik inmiddels dat dit weer over kan gaan als ik weer in wat rustiger vaarwater kom.
Een mijlpaal van me was het avondeten. Ik kreeg elke avond een maaltijd op tafel. Ik zeg 'kreeg', want het is alweer eventjes geleden. Dit hangt denk ik samen met de drukke periode waar ik het net over had. Het was wel een fijne mijlpaal. Ik kreeg het eten op tafel zonder eerst die welbekende Mount Everest te hoeven beklimmen. Zonder het nare liedje in mijn hoofd ("Ik wil niet, ik wil niet, ik wil niet"). Ook zonder het nare zware gevoel dat aan zoveel dingen hangt.
Het ging zelfs een korte periode zó goed met me dat er dagen waren waarop ik twee dingen kon doen zonder de grote zware drempels ervoor.
Die drempels zijn moeilijk te omschrijven. Er is een reclame op tv van een auto die rijdt met een groot rood anker erachteraan. Het anker verzwaard de auto. De auto ben ik en er hangen vier van zulke ankers achter me aan. Die ankers ervaar ik bij vrijwel alles. Al heel, heel lang. Alles kost moeite, alles moet perfect doordacht zijn, alles moet perfect uitgevoerd (kunnen) worden, anders begin ik er al liever niet aan.
En opeens stond ik te koken! Gewoon zomaar! Zonder dat nare, zware gevoel vooraf en tijdens. Het overkwam me gewoon. Zo stond ik in mijn goede periode soms ook 'opeens' in het bos met de hond. Zonder er vooraf als een berg tegenop te zien.
Mijn nieuwe psychologe Marjoleine, zei "Wat fijn! Dan herken je jezelf weer een beetje". Ze schrok toen ik zei dat ik dit helemaal niet herkende van mezelf, dat dit compleet nieuw voor me was.
Helaas moet ik mijn energie weer opbouwen en komt er weer vrijwel niks meer 'vanzelf' uit mijn handen. Ik houd mezelf vast aan de gedachte dat het een tijdje terug wel kon en dat het dus vast wel weer terug komt. Als ik dat maar vaak genoeg tegen mezelf zeg, ga ik het vanzelf geloven, toch?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten