Laatst vroeg iemand me wat ik zie als ik in de spiegel kijk. Meer figuurlijk dan letterlijk.
Daar sta ik dan, voor de spiegel.
Ik zie een vrouw. Ze kijkt me onderzoekend aan.
Hé! Stemmen in mijn hoofd.., daar gaan we...!
Er is ruzie achter dat spiegelbeeld. Er zijn stemmen die zeggen dat ik er best mag zijn. Dat die ondeugende blik me goed staat.
Dat ik duidelijk niet meer dat meisje ben, die ik jaren en jaren heb gezien in de spiegel, maar eindelijk de vrouw ben ik die ik wilde gaan zien. Volwassen.
'Volwassen' betekent voor mij dat je al het één en ander hebt meegemaakt. Dat je ervaring hebt. Dat je weet dat het uiteindelijk allemaal wel goed komt. Niet altijd op de manier die jij vooraf zelf bedacht of gewild had, maar uiteindelijk is het goed. Je leeft ermee.
Meteen daarop komen de andere stemmen. Ze vragen zich af waar ik het idee vandaan haal dat ik volwassen ben. Ik zie er inmiddels volwassen uit, maar weet ik hoe het zit? Tel ik inmiddels mee?
Die ondeugende blik heb je niet nodig, stel je niet aan. Je weet toch niks eigenlijk van Het Leven.
Je maakt er een potje van!
De negatieve stemmen zijn er nog steeds, maar ik leer ze te zien als beschermengeltjes. Ze zorgen dat ik niet naast m’n schoenen ga lopen. Ze behoeden me ervan mezelf voorbij te lopen. Ik leer dat ik ze mag koesteren. Ik mag er naar luisteren zonder ze al te serieus te nemen. Ik leer dat ik de juiste balans moet zoeken tussen al die verschillende stemmen.
En daar ergens tussendoor leer ik wie ik dan echt ben. Welke dromen en stemmen echt bij me horen en welke niet.
Vertrouwen op ‘het komt goed’. Voor een ander zie ik dat altijd wel, voor mezelf is dat een stuk moeilijker.
Ik leer te vertrouwen op alles om me heen. Ik heb in meditaties gezien dat ik het kan en dat ik vertrouwen mag hebben in mezelf en in de tijd.
Mijn hoofd weet het wel, mijn hart loopt een beetje achter.