Nooit, maar dan ook nooit had ik gedacht dat ik dit zou zeggen, maar ik heb een haat-liefde verhouding met mijn gewicht.
Eigenlijk pas sinds een jaar.
Heel stiekempjes aan was ik al wel iets aan het aankomen na mijn veertigste, maar toen ik begon met antidepressiva zat er prompt in een kleine twee maanden zo’n vijftien kilo aan.
Mijn medicijnen zijn eetlustbevorderend en zetten ook nog eens gewoon aan. Ik weeg nu meer dan ik ooit gewogen heb. Zelfs tijdens m’n zwangerschappen woog ik minder.
Ik weet dat deze medicatie op dít moment is wat ik nodig heb. “Eerst het koppie, daarna het lijf weer.”
Rationeel zit het wel snor, maar emotioneel is het moeilijk.
Alles is bij mij een beetje voller geworden, maar mijn buik meer dan een beetje. Laatst riep iemand me heel enthousiast toe dat het zo leuk was dat ik weer zwanger ben. Prompt riep ik terug “nee hoor, gewoon dik!” Zij schaamde zich meer dan ik, maar het is echt een pijnpuntje voor me.
Die billen, die heupen, die borsten.., het maakt me niet zo uit. Maar die buik! Die zit me wel dwars.
Echt zo’n appelfiguur heb ik nu, gecombineerd met meer borst, billen en heupen dan ooit.
Ik roep het nog maar een keer heel hard tegen mezelf: “Eerst het koppie, daarna het lijf weer!”
Misschien dat ik het uiteindelijk ook zo ga voelen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten